Sport en bewegen

Bijna 19% van de volwassenen inactief

In 2017 was 19% van de 18-plussers inactief: 13% van de mannen en 23% van de vrouwen. Inactief betekent dat in de week voor het interview op geen enkele dag tenminste 10 minuten onafgebroken aan fysieke werkzaamheden, krachttraining, lopen, fietsen of sporten is gedaan.

Diverse studies laten de gunstige effecten zien van regelmatig bewegen. Matig intensieve lichamelijke activiteit heeft al een gunstig effect op de gezondheid als je dit regelmatig doet. Intensieve lichamelijke activiteit bevordert bovendien de conditie van hart en longen. 

Bijna 31% van de volwassenen sport

In 2017 deed 31% van de 18-plussers eens in de week tenminste 10 minuten zonder onderbreking aan sport: 38% van de mannen en 25% van de vrouwen. Krachttraining, 1 of meer dagen in de week, wordt gedaan door 22% van de volwassenen: 29% van de mannen en 17% van de vrouwen.

Ruim 40% van de volwassenen doet zittend werk

Van de bevolking boven de 18 jaar doet 40% zittend werk: 39% van de mannen en 41% van de vrouwen.

Figuur: percentage volwassenen dat inactief is, 2017

Bron: Nationale Gezondheidsenquête 2017


Vrouwen vaker inactief dan mannen 

Bij alle volwassen leeftijdsgroepen is het aandeel vrouwen dat inactief is groter dan het aandeel mannen. Inactief betekent dat in de week voor het interview op geen enkele dag tenminste 10 minuten onafgebroken aan fysieke werkzaamheden, krachttraining, lopen, fietsen of sporten is gedaan. De verschillen tussen mannen en vrouwen zijn het grootst bij de leeftijdsgroep van 18 tot en met 24 jaar. Bij 65-plussers komt inactiviteit het meest voor.

Figuur: percentage volwassenen dat inactief is, naar leeftijd en geslacht, 2017

Bron: Nationale Gezondheidsenquête 2017

Mannen sporten vaker en doen vaker aan krachttraining 

Bij alle volwassen leeftijdsgroepen is het aandeel mannen dat sport en krachttraining doet groter dan het aandeel vrouwen. Sporten betekent in dit geval minstens eens in de week ten minste 10 minuten zonder onderbreking gesport en krachttrainen betekent 1 of meer dagen in de week aan krachttraining gedaan. De verschillen tussen mannen en vrouwen zijn bij sporten het grootst bij de leeftijdsgroep van 18 tot en met 24 jaar, bij krachttrainen bij de leeftijdsgroep van 25 tot en met 44 jaar. Hoe hoger de leeftijd hoe lager het percentage volwassenen dat sport en aan krachttraining doet.

Figuur: percentage volwassenen dat minstens eens in de week ten minste 10 minuten zonder onderbreking sport, naar leeftijd en geslacht, 2017

Bron: Nationale Gezondheidsenquête 2017

Figuur: percentage volwassenen dat 1 of meer dagen in de week aan krachttraining doet, naar leeftijd en geslacht, 2017

Bron: Nationale Gezondheidsenquête 2017

Meeste sporters en krachttrainers onder hoogst opgeleiden

Het percentage sporters, krachttrainers en sedentair werkers (mensen die zittend werk doen) neemt toe naarmate het opleidingsniveau toe neemt en is het hoogst onder de hoogst opgeleiden. Inactiviteit, dat in houdt dat in de week voor het interview op geen enkele dag tenminste 10 minuten onafgebroken aan fysieke werkzaamheden, krachttraining, lopen, fietsen of sporten is gedaan, neemt daarentegen toe naarmate het opleidingsniveau af neemt en komt het minst vaak voor onder de hoogst opgeleiden. Bij deze resultaten is geen rekening gehouden met verschillen in leeftijd en geslacht tussen de opleidingsgroepen.

Sporten en krachttrainen wordt het vaakst beoefend door de hoogst opgeleiden en het minst onder de laagst opgeleiden. Ook zittend werk komt het meest voor onder de hoogst opgeleiden. Inactiviteit komt het meest voor onder de laagst opgeleiden en het minst onder de hoogst opgeleiden. Bij deze resultaten is geen rekening gehouden met verschillen in leeftijd en geslacht tussen de opleidingsgroepen.

Figuur: percentage volwassenen dat inactief, sporter, krachttrainer en sedentair werker is, naar opleidingsniveau, 2017

Bron: Nationale Gezondheidsenquête 2017

Minder lichaamsbeweging onder mensen die moeite hebben met rondkomen van huishoudinkomen

Voor de mate van het kunnen rondkomen van het huishoudinkomen en lichaamsbeweging en sport zien we hetzelfde patroon als voor opleidingsniveau: mensen die geen enkele moeite hebben om rond te komen zijn minder vaak inactief, sporten vaker, doen vaker aan krachttraining, en doen vaker zittend werk dan mensen die meer moeite hebben om rond te komen van het huishoudinkomen.

Eén op de 10 scholieren haalt WHO beweegnorm

Van alle 12- tot 17-jarige scholieren voldoet 12% aan de door de WHO aanbevolen richtlijn voor bewegen: 15% van de jongens en 9% van de meisjes. Zij hebben dagelijks minimaal 60 minuten aan lichaamsbeweging gedaan in de 7 dagen voorafgaand aan het interview. 

Meer meisjes dan jongens inactief

In totaal is 32% van de scholieren inactief: zij hebben in de 7 dagen voor het interview minder dan 60 minuten aan lichaamsbeweging gedaan. Meisjes zijn vaker inactief dan jongens (36% vs. 28%). Eén op de vijf scholieren (21%) geeft aan niet te hebben deelgenomen aan lessen lichamelijke oefening in het huidige schooljaar (2015). De helft van de scholieren (51%) loopt of fietst niet naar of van school. Daarentegen zegt ruim 62% van de scholieren drie of meer uur per dag aan zitactiviteiten te besteden, zoals televisie kijken, computerspelletjes spelen, met vrienden praten of huiswerk maken als hij/zij niet op school was op een gewone dag

Figuur: lichaamsbeweging scholieren, naar geslacht, 2015

Bron: Global School-based Student Health Survey Curaçao 2015

Ruim 40% van de 18+ scholieren geen lessen lichamelijke opvoeding (gym)

Van alle scholieren van 12 tot en met 17 jaar in het voortgezet onderwijs en de eerste 2 klassen van het SBO meldde 21% dat ze tijdens het lopende schooljaar geen lessen lichamelijke opvoeding hadden gevolgd. Dit neemt met de leeftijd toe.

Figuur: geen lessen lichamelijke opvoeding scholieren naar leeftijd, 2015

Bron: Global School-based Student Health Survey Curaçao 2015

Opleidingsverschillen bij sedentair gedrag 

Bijna zeventig procent van de Havo/VWO-scholieren en SBO-scholieren geeft aan drie uur of meer per dag aan zitactiviteiten te besteden, zoals televisie kijken, computerspelletjes spelen, met vrienden praten of huiswerk maken als hij/zij niet op school was op een gewone dag.

SBO-scholieren gaven het vaakst aan dat ze tijdens het lopende schooljaar geen lessen lichamelijke opvoeding hadden gevolgd (69%). Havo/VWO-scholieren gaan het minst vaak lopend of fietsend naar en van school (69%).

Figuur: lichaamsbeweging scholieren naar opleidingsniveau, 2015

Bron: Global School-based Student Health Survey Curaçao 2015

Beschikbare data


Verantwoording

Inactief: geen fysiek werk doen, niet aan krachttraining doen en op geen enkele dag van de week tenminste 10 minuten onafgebroken lopen, fietsen of sporten.

WHO beweegnorm: dagelijks minimaal 60 minuten aan lichamelijke activiteit doen. Deze norm is vastgesteld voor kinderen in de leeftijd van 5-17 jaar.

GSHS Curaçao 2015: De Global School-based Student Health Survey (GSHS) is een gezondheidsonderzoek onder 12- tot 17-jarige scholieren en maakt deel uit van de internationale GSHS van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Het doel van de GSHS is om een actueel beeld te krijgen van het gezondheidsgedrag en het welbevinden van Curaçaose scholieren. In 2015 werd dit onderzoek voor de eerste keer in Curaçao uitgevoerd.

NGE Curaçao: De Nationale Gezondheidsenquête (NGE) is een representatief bevolkingsonderzoek en gaat over zelfstandig wonende volwassenen van 18 jaar en ouder. Het doel van de NGE is om een actueel beeld te krijgen in de gezondheidsstatus, de leefstijl en het gebruik van zorgvoorzieningen van volwassenen in Curaçao. De NGE wordt sinds 2013 iedere vier jaar door het Volksgezondheid Instituut Curaçao (VIC) uitgevoerd.

Gezondheidsmonitor (2012). Geraadpleegd via https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2013/37/uitkomsten-gezondheidsmonitor-2012.

Verstraeten S. (2016). The Curacao Global School-based Student Health survey (GSHS) Study 2015. Volksgezondheid Instituut Curaçao, Willemstad.

Verstraeten S., Jansen I., Pin R. & Brouwer W. (2013). De nationale gezondheidsenquête Curaçao 2013: methodologie en belangrijkste resultaten. Volksgezondheid Instituut Curaçao, Willemstad.

Verstraeten S., Griffith - Lendering, M.F.H, & Pin R. (2017). De nationale gezondheidsenquête Curaçao 2017: de belangrijkste resultaten, methode en tabellen, Volksgezondheid Instituut Curaçao, Willemstad.

World Health Organization (2017). Geraadpleegd via http://www.who.int/gho/en/

World Health Organization (2017). Recommended levels of physical activity for children aged 5 - 17 years. Geraadpleegd via http://www.who.int/dietphysicalactivity/factsheet_young_people/en/